Opmerkelijke waarnemingen van 8 tem 14/2/2021

Opmerkelijke waarnemingen van 8 tem 14/2/2021

Ondanks deze barkoude week, werden er massaal veel vogels waargenomen en gefotografeerd.  Dit leverde ook 5 nieuwkomers op voor dit jaar.  Met pijlstaart, gele kwikstaart, ooievaar, bokje en cetti’s zanger is de soortenlijst gestegen tot 98.
De ooievaar is een onmiskenbare grote, witte vogel met zwarte vleugelranden,  rode poten en snavel. Een ooievaar wordt ongeveer tussen de 95 en de 110 cm groot.  Mannetjes  zijn gemiddeld iets groter dan de vrouwtjes.  De vleugelspanwijdte is 195 tot 215 cm. Hun gewicht ligt tussen 2,3 en 4,4 kg.  Het voedsel van de ooievaar is gevarieerd en bestaat uit kikkers, muizen, mollen en insecten. Dit wordt vooral gezocht in weilanden en hooilanden. Maar ze eten ook hagedissen, regenwormen, jonge vogels, aas en afval.  Belgische ooievaars volgen vooral de trekroute over Spanje en maken via Gibraltar de oversteek naar Afrika.  De meeste andere (vooral Oost-Europese) ooievaars maken gebruik van een route via de Bosporus. De ooievaar is een uitstekende vlieger met trage vleugelslag die goed gebruik weet te maken van thermiek.  Foto bovenaan is van Jan Cornelissen en deze hieronder van Paul Matthys.  De eerste overvliegende exemplaren voor 2021 werden gezien in Alken door Karel Sauwens en in Velm door Jeroen Vanden Borre.

Op de website van natuurpunt staan ook volgende leuke weetjes :
* Een ooievaarsnest kan soms 2,5 meter hoog worden en tot 2 ton zwaar zijn.
* Ouders vervoeren ook water voor hun jongen. Wanneer het dorstige jong op de krop van de ouder pikt, zal die water uitspuwen.
* Ooievaars ‘klepperen’, waarbij ze de snavelhelften heel snel tegen elkaar slaan. Ze bewegen hierbij hun kop eerst laag naar voor, waarna ze de kop helemaal tot op de rug bewegen. Partners begroeten elkaar vaak op deze manier wanneer ze op het nest landen.
* Ooievaars staan vaak op één poot om hun temperatuur te regelen. Als het erg koud is, verliezen ze namelijk veel warmte via hun lange poten. Om dit warmverlies te beperken, steken ze 1 poot in hun veren weg.
* Tijdens de trek vermijden ooievaars grote wateroppervlakten omdat er overdag geen thermiek boven het water is. Ooievaars maken gebruik van thermiek om tijdens hun lange tocht zoveel mogelijk te zweven en zo energie te besparen. Vooraleer ze opstijgen, wachten ze meestal tot de grond voldoende is opgewarmd en er thermiekbellen ontstaan.
* Bij gunstige weersomstandigheden, kunnen ooievaars 7 tot 8 uur vliegen per dag. Zo kunnen ze een maximale afstand van 500 kilometer afleggen.
Foto : Pierre-Yves Bodart

 

Tenslotte nog enkele fotogenieke blikvangers van de week:
* Goudhaan (André Gaens)

* Kramsvogel (Carine Richerzhagen)

* Roodborsttapuit (Paul Matthys)

* Ringmussen (Pierre Vandersmissen)

* Witte kwikstaart (Paul Matthys)

* Holenduif (Carine Richerzhagen)

* Rode wouw (Jan Cornelissen)

* Torenvalk (Jan Cornelissen)

* Glanskop (Lucas Bollingh)

* Koperwiek (Carine Richerzhagen)

* Roodborst (André Gaens)

* Grote gele kwikstaart (Jan Cornelissen)

* Blauwe kiekendief (Paul Matthys)

* Buizerd (Carine Richerzhagen)

* Graspieper (Paul Matthys)

* Pijlstaart (Bregt Vandereyken)

* Putter (Dirk Bollen)

* Watersnip (Paul Matthys)

Groeten en tot volgende week,
Carlo Menten

 

 

Leave a Reply

Your email address will not be published.